Verplichte lectuur

Natuurlijk past bij een opleiding schrijven aan een academie voor kunsten een verplichte leeslijst. Acht titels, definitief vastgepind in de agenda van het academiejaar.  Geen assortiment boeken waar je – onder het motto: voor ieder wat wils – naar eigen goeddunken uit kan kiezen. Neen, stel je voor, dat zou de pret van de meester kunnen drukken.  Met goede moed begon ik bovenaan het lijstje: ‘Al die tijd de duivel’ van Donald Ray Pollock. Na het lezen van de eerste twintig bladzijden moest ik even slikken. Het was een aaneenschakeling van misselijkmakende scenes die elkaar in een (letterlijk) moordend tempo opvolgden. Die Pollock was een zieke geest en de samensteller van de leeslijst… Die gooide ik met de schrijver op een hoopje. Ik las het boek in een ruk uit. En achteraf wist ik niet of ik dat deed omdat ik er vanaf wilde zijn, of omdat het verhaal toch verdraaid goed in elkaar stak. Wat bezielde de meester om dit boek bovenaan zijn leeslijst te zetten?

Diezelfde week begon ik aan het tweede boek: Tantes van Cyriel Buysse. ‘Ala toe, kom moar binnen en zet ulder bij de stove!’ De toon was gezet en ik werd in de tijd terug gekatapulteerd. Helemaal naar 1924. Tantes was een hopeloos gedateerd boek waarin het hoofdpersonage naar het einde toe helemaal dol draait. Ik begreep het niet. Had de meester een plan? Ik vroeg het hem tijdens de pauze in de les. De andere studenten luisterden mee. Zonder deftig antwoord vroeg hij mij om me om te draaien: ‘Uw non-verbale communicatie, dame, wilt u die alsjeblieft niet met de andere studenten delen?’ Ik positioneerde me met mijn rug naar de groep en wist: de meester had een plan.

Met tegenzin opende ik twee weken later het derde boek: De Avonden van Gerard Reve. Ik worstelde van pagina naar pagina. Daarna van zin naar zin. Er gebeurde helemaal niets in dat boek. Er was geen rode draad, geen opbouw, geen spanningsboog, niets. Het hoofdpersonage verveelde zich door de dagen heen, net zoals ik verveeld zat met dat boek. Na bladzijde tachtig vroeg ik aan mijn schoonouders (van wie ik het boek had geleend) of er nog iets gebeuren zou. ‘Niets,’ antwoordde mijn schoonvader. ‘Drijvende drollen in zijn bad,’ antwoordde mijn schoonmoeder. Zelfs met het vooruitzicht van de drijvende drollen bleef het lezen een grote opgave. Maar alle kleine beetjes hielpen, dus zeulde ik het boek overal mee naar toe. Telkens ik ergens moest wachten of wat tijd te doden had, nam ik De Avonden in de hand.

Zo ook in de wachtzaal bij de huisarts. Wanneer mijn  naam werd afgeroepen had ik geen tijd om het boek deftig op te bergen, dus legde ik het neer op de tafel in het kabinet. De dokter keek ernstig naar de omslag. Ik kon niet inschatten wat hij van mijn vrijpostigheid – en het boek – vond, dus probeerde ik me er doorheen te praten. ‘Verplichte lectuur. Avondschool Proza. Niet iets dat ik zelf zou kiezen.’ De dokter knikte en zei: ‘Ken je Dirk De Wachter? Die heeft na het lezen van dit boek besloten dat hij psychiater wilde worden.’ ‘Daar kan ik me iets bij inbeelden,’ antwoordde ik. De dokter begreep het niet. Toen wist ik met grote zekerheid: de meester had een plan.

Ik had bij het lezen van de eerste drie werken vermoedelijk iets gemist. Misschien wilde de meester duidelijk maken dat een meesterwerk ook maar relatief is. Of zou hij de drempelvrees bij zijn studenten willen wegnemen? ‘Zie deze werken zijn toch ook ooit gepubliceerd, waarom die van jullie niet?’ zou hij zeggen. Of dat taal evolueert en dat een goed boek uit ’24 of ’47 waarschijnlijk nu niet meer uitgegeven zou worden? Het is weinig waarschijnlijk, dus ik ging daarnet op het wereldwijde web op zoek naar antwoorden.

Donald Ray Pollock: ‘de beste schrijver ter wereld’ reeg de prijzen aan elkaar; ‘schrijft loepzuiver’; ‘een cultschrijver’ was hij. De Zussen van Cyriel Buysse, onderdeel van onze Vlaamse Canon: dito: ‘Meester in de registratie van maatschappelijke fricties die escaleren tot dramatische confrontaties’; ‘Zijn beste werk!’ De Avonden, net van hetzelfde. Reve reeg de sterren aan elkaar: De Avonden bleek de ‘Bijbel van een nieuwe generatie’; ‘Een van de belangrijkste romans na 1945’. Ik werd er duizelig van. Sloeg ik de bal dan zo mis? Ben ik een cultuurbarbaar? Morgen in de les zal de meester het ons vertellen. En ik hoop voor hem dat hij daar zijn plan zal ontsluieren.

3 reacties op “Verplichte lectuur”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: