Het charmeoffensief

Sinds de hittegolf enkele weken geleden is de Haarbal beginnen ruiven dat het geen naam meer heeft. Nieuwe wolkjes dansten over de vloer, luttele minuten nadat ik gestofzuigd had. Het kan niet anders dan dat zijn haar ongelooflijk snel weer aangroeit, want met de hoeveelheid verzamelde plukken en wolken had de Haarbal zonder overdrijven dit jaar al drie keer kaal moeten zijn geweest. Er kwam geen eind aan. Het was om moedeloos van te worden. En dat niet alleen. Er stelde zich een groter probleem. Een dat snel een oplossing nodig had.

Een zestigste verjaardag vraagt om een bijzonder cadeau. En dat had ik gevonden. Een zeilcruise op een tweemaster, in Schotland, langs de lekkerste whiskystokerijen voor wie graag een turfsmaak lust. De Wederhelft was in de wolken. Ook al was de reis pas in april 2026 gepland. Bij het boeken van de reis viel er een portie geluk in onze schoot: er bleken plots nog kajuiten vrijgekomen te zijn op de trip van september dit jaar. Een goede week na die zestigste verjaardag. We legden alle pro’s en contra’s in de weegschaal en boekten voor september. De teller stond daarmee op zeven weken.

Wat met de Haarbal, vroeg de Wederhelft. Dat komt goed, stelde ik hem gerust. Maar daarna heb ik vele nachten niet goed geslapen. Omdat de Wederhelft de Haarbal niet wilde laten castreren (van een man zijn ballen blijf je af!), is de Haarbal namelijk in geen enkele hondenopvang welkom. Enige resterende optie was de hulp van vrienden of familie inschakelen. Een charmeoffensief drong zich op.  De moed zakte me echter in de schoenen wanneer de Haarbal voor de zoveelste keer de losse haren van zich afschudde. In de zonnestralen was het beeld zowel poëtisch als horribel. Met de stofzuiger in de hand belde ik het hondenkapsalon voor een was- en pluksessie. Het was onze enige en laatste hoop.

De Haarbal heb ik met al mijn kracht het kapsalon binnen gesleept en met nog méér kracht in de wasbak geworsteld. Het klantje voor hem, wiens baasje nog moest afrekenen, keek de Haarbal hooghartig aan vanuit zijn geprivilegieerde positie in de armen van de man. Netjes getrimd. Froufrou gebrusht. De eigenaar van het hautaine mormel wist niet dat Bassets knipbeurten konden gebruiken. Dat er ook honden zijn die haar verliezen, kwam niet bij hem op. Zijn opsomming van hypoallergene rassen die daarop volgde was lang en stemde tot nadenken. Hij stofzuigde niet elke dag.

Als een vis op het droge probeerde de Haarbal zich het daaropvolgende uur uit mijn houtgreep te wriemelen. Hij houdt niet van hoogtes, dus die kaptafel vond hij maar niets. Net als de haardroger die al de losse haren mijn richting uitblies. Ik was nochtans voorbereid. Had een regenjas aan, kap op en dichtgesnoerd rond mijn nek. Twee dagen later niesde ik nog steeds hondenhaar, maar ook: drie dagen later, was het ruiven zo goed als gestopt. Witter dan wit, wasdraadfris en zacht als een knuffelbeer toornden we de Haarbal overal mee naar toe. Op commando, met de blik van een puppy, ging hij voorbeeldig op zijn mat zitten, alsof hij wist dat er iets verkocht moest worden.

Dat lukte aardig. Voor even. De ranzige scheet die de Haarbal liet ontsnappen tijdens het ontbijt bij mijn schoonzus was een schot naast de roos. Net zoals het kwijlspoor dat hij door de woonkamer van onze vrienden trok nadat hij op een onbewaakt moment de hele drinkbak had opgeslobberd. Het zwarte tapijt dat hij stiekem verkoos boven de witte mat die we zelf hadden meegebracht was ook geen succes. Evenmin de kat die hij iets te enthousiast dag wilde zeggen. Finale doodsteek was echter de dolgedraaide spurt van een natte tuin naar de woonkamer en weer terug. En nog eens. En terug.

Uiteindelijk is het goed gekomen. Twee prachtige (en bovendien erg lieve) voorstellen maken dat de Wederhelft en ik met een gerust hart op reis zullen kunnen vertrekken. Noot aan onszelf: hypoallergene honden hebben toch een pootje voor op een Basset. Een ander toegankelijker ras hadden we ongetwijfeld sneller kunnen slijten voor enkele dagen. En toch: we zouden ons kwijlende, ruivende, karton-etende, snurkende en koppige koekiemonster voor geen geld van de wereld willen ruilen.

Eén reactie op “Het charmeoffensief”

Plaats een reactie